OPINIE: Verkiezingen 2024 - wat met het middenveld?
Op 9 juni trekken we naar de stembus om onze democratie te doen leven. Maar naast deze politieke democratie bestaat er ook een zeer levendige sociale en participatieve democratie. Die vind je terug bij vzw’s en organisaties in de non-profitsector. Aan deze tweede democratie dankt België haar benijdenswaardig samenlevingsmodel van bestuur en organisatie dat de vrucht is van een diepgeworteld evenwicht.
In het Westen zien we verschillende soorten relaties tussen de markt, de overheid en het middenveld. Het Belgische sociaal model gaat uit van het subsidiariteitsbeginsel en de missies van de publieke diensten die bijdragen aan de erkenning van het middenveld. Ons model wordt ook gekenmerkt door structureel overleg met het middenveld (participatieve/consultatieve democratie) en het actief betrekken van het middenveld (medebeheer).
De meest bekende middenveldorganisaties zijn sectororganisaties, vakbonden, ziekenfondsen en sociale bewegingen. Ze zijn wettelijk erkend en verdedigen een collectief belang. Ze onderscheiden zich van lobbygroepen die, in tegenstelling tot het middenveld, vaak optreden om beperkte of zelfs zuiver commerciële belangen te verdedigen.
In ons huidige model worden antwoorden op de sociale behoeften van de bevolking niet alleen bepaald door de markt of door de overheid. Ze komen tot stand door middel van een sociale dialoog tussen verschillende stakeholders.
De sterke betrokkenheid en medeverantwoordelijkheid van het middenveld ondersteunt de legitimiteit van het overheidsbeleid. Het zorgt voor stabiliteit, cohesie en sociale vrede, verhoogt de efficiëntie van beleid en garandeert een gedragen dienstverlening die steunt op effectieve toegang tot de dienstverlening waar we allemaal op dagelijkse basis gebruik van maken: onderwijs, naschoolse opvang, thuishulp en –zorg, ziekenhuizen, crèches, woonzorgcentra, jeugdbewegingen, mutualiteiten, organisaties voor permanente educatie, huisvestingsdiensten voor mensen met een handicap, jeugdhulp etc.
Naar een democratie van de opinie?
Het is duidelijk dat dit model steeds meer in vraag wordt gesteld, soms frontaal, soms latent.
Die verzwakking uit zich o.a. in de verminderde aantrekkelijkheid van beroepen die met schaarste kampen, en in het uitblijven van regelgeving die paal en perk stelt aan de commercialisering van publieke dienstverlening. Dit fenomeen versterkt de sociale, culturele, educatieve en gezondheidsongelijkheid en draagt bij aan het verlies van zingeving voor werknemers.
Tegelijkertijd ontstaat er, zoals professor Pierre Reman* opmerkt, een "nieuwe vorm van valse democratie: de democratie van de opinie". Die wordt aangezwengeld door nieuwe vormen van geïndividualiseerde directe participatie o.a. via sociale media maar ook door de politieke klasse an sich. Die laatste probeert het vertrouwen van de bevolking terug te winnen door te beweren dat een vertegenwoordiging door het maatschappelijk middenveld achterhaald zou zijn. "De relatie is niet langer horizontaal tussen de politiek en het middenveld – wat debatten en overleg mogelijk maakt – maar enkel verticaal, tussen 'de macht’ en ‘de bevolking’”. Die situatie verzwakt het maatschappelijk middenveld en de non-profitorganisaties.
Ons voorstel
Wij geloven dat de toekomst van onze democratie niet beperkt is tot de stembusgang, maar ook staat of valt met de manier waarop politieke partijen:
(1) nadenken over de organisatie, het bestuur en de plaats van het middenveld hierin,
(2) de rol van het maatschappelijk middenveld versterken, met bijzondere aandacht voor de vrijwilligerssector, om zo een voldoende aanbod van toegankelijke en kwalitatieve diensten te garanderen,
(3) de vrijwillige inzet erkennen van burgers die dit alles mogelijk maken
(4) de aantrekkelijkheid van beroepen als die van leraar, gezinshulp, kinderverzorger, sociaal assistent, opvoeder, verpleegkundige, uit de non-profitsector versterken. Zij vormen het solidaire hart waar onze democratie nood aan heeft.
*Econoom, emeritus hoogleraar aan de UCL, voormalig directeur van de Open Faculteit Economisch en Sociaal Beleid (Fopes).
Dit opiniestuk verscheen eerder in Le Soir
Ondertekenaars:
Etienne Michel, Secrétaire Général du SEGEC – Secrétariat Général de l'Enseignement Catholique ; Philippe Devos, Directeur Général d'UNESSA – Fédération multisectorielle des services actifs dans l'accueil, l'accompagnement, l'aide et les soins aux personnes du secteur associatif ; Alexandre Verhamme, Directeur Général de la MC – Mutualité Chrétienne ; Gaël Verzele, Directeur Général de la FASD – Fédération des services d'aide et de soins à Domicile ; Milèna Chantraine, Secrétaire Générale de la PFV – Plateforme Francophone du Volontariat ; Hadrien Wilputte, Secrétaire Général du CJC – Conseil de la Jeunesse Catholique ; Peter Annegam, Président de Caritas Secours Belgique ; Christine Franckx, Présidente d'Altéo, Mouvement social des personnes handicapées, valides et malades ; Philippe Bodart, Président Enéo, Mouvement social des Aînés.